De vergrotende trap en de overtreffende trap worden gevormd met -er en -st: mooi - mooier - mooist.

Maar er zijn uitzonderingen.

relaxter, verst, meest logisch, vulgairder

Een spellingprobleem hebben deze woorden over het algemeen niet. Er zijn wel wat lastige gevallen, zoals:

Woorden die op een s eindigen, krijgen in de overtreffende trap maar één s:

boos - bozer - boost

vers - verser - verst

(Voor de kwestie s of z zie regel 11.)

Woorden die op een r eindigen, krijgen in de vergrotende trap een d voor de uitgang -er:

Woorden op -de, -isch, -sd, -sk en -st worden in de overtreffende trap omschreven met meest, omdat het toevoegen van -st een tongbreker oplevert.

Sommige woorden leveren met -er of -st een vreemd woordbeeld op. In zulke gevallen heeft een omschrijving met meer en/of meest de voorkeur. Enkele voorbeelden:

In sommige tweeledige woorden wordt het eerste deel verbogen.

(Zie voor het aaneenschrijven regel 51.)