32. Namen van personen
Een voornaam, voorletter of familienaam krijgt een hoofdletter.
Annie, mevrouw A. de Beer, mevrouw De Beer
In Nederland krijgt het eerste voorzetsel of lidwoord (of vergelijkbaar woord) van een familienaam een hoofdletter als er geen voornaam of voorletter aan voorafgaat: mevrouw De Jong, de heer Van den Heuvel, drs. De Jong, burgemeester Van den Heuvel. Gaat er wel een voornaam of voorletter aan de familienaam vooraf, dan krijgt elk tussenvoegsel een kleine letter: Atti de Jong, A. de Jong, prof. dr. J.C. de Jong, Peter van den Heuvel. De voorvoegsels van een tweede achternaam krijgen altijd een kleine letter: mevrouw Jansen-de Jong, John Jansen van Galen. Voor en achter het streepje komt geen spatie.
Na een adellijke titel of een adellijk predicaat wordt een voorzetsel of lidwoord gewoonlijk met een kleine letter geschreven: baron van Voorst tot Voorst, Johan graaf van Gronsveld, jonkvrouw van Amsberg. De adellijke titel zelf krijgt geen hoofdletter (zie ook regel 43).
In Vlaanderen geldt de regel dat namen altijd worden geschreven zoals ze vermeld staan in het geboorteregister: de heer A. Van de Walle, fam. Vanden Abeelen, Karel De Vrede, Sylvia Vandenheede.
Voor bijnamen en artiestennamen bestaan geen precieze regels, maar meestal krijgen ze ook een of meer hoofdletters: de Dikke en de Dunne, de Zingende Slager, Lady Gaga, Lil' Kleine.
Toevoegingen (rangtelwoorden, bijvoeglijke naamwoorden en dergelijke) in (bij)namen van historische personen krijgen hoofdletters, behalve de, het en een en voorzetsels (van, zonder, enz.): Jan zonder Vrees, Karel de Dikke, Hendrik de Achtste, de Beul van Ommen, de Drie van Breda.
Soms wordt een zaak of begrip als persoon voorgesteld. In zo’n geval wordt een hoofdletter gebruikt: Moeder Aarde, Koning Voetbal.